Op zaterdag 14 november gingen zo’n duizend mensen de straat op tegen de zondebokpolitiek van het kabinet. Eline van het Christelijk Collectief tegen Genocide in Gaza spraak daar de volgende woorden.
Martin Luther King kwam in zijn strijd om vrijheid tot “de betreurenswaardige conclusie”, ik citeer, “dat het grote struikelblok naar recht de gematigde witte is, die meer verknocht is aan ‘orde’ dan aan rechtvaardigheid; die liever een negatieve vrede heeft die door de afwezigheid van spanning gevormd wordt dan een positieve vrede die in rechtvaardigheid bestaat’.
Hoe accuraat voor onze tijd. Ik sprak laatst met een man van een kerkleiding omdat we in zijn kerkgebouw een avond wilden organiseren waar onder andere een Palestijns gezin zou vertellen over hun familie in Gaza. De man was bang dat de mensen in de zaal door dit verhaal naar Joden gingen kijken als de daders. Wat er nu nodig was, zei hij, “is een imam en een rabbi die elkaar de hand schudden.” Daar moeten wij ons voor inzetten.
En de witte Christelijke man, staat er bij en kijkt ernaar. Klopt zichzelf op de schouder, voor hoe verbindend hij is geweest.
Hij heeft een dialoog gefaciliteerd, maar waarbij ook iemand wordt geofferd. In dit geval, het Palestijnse gezin wat gewoon wil vertellen over hun familie in Gaza. Dialoog is belangrijk. Maar dialoog moet je veranderen. En nog te vaak wordt de witte christen in de dialoog als derde, neutrale partij, gezien.
De gematigde witte wil orde, een afwezigheid van spanning.
Maar de orde is al verstoord.
Geweld is genormaliseerd. Het klimaat is kapot. De genocide stopt niet.
Islamofobie, racisme, xenofobie en antisemitisme, onze angst voor de ander, bepaalt ons denken en ons beleid.
Notabene christelijke politieke partijen lopen voorop in het vingertje wijzen naar de ander, Christelijke partijen kiezen er naar eigen zeggen voor “constructief” te zijn en verbindend. Maar verbindend met wie? Met de PVV, extreemrechtse Christenen? Ook hier valt een offer: alle groepen die door dit extreemrechtse kabinet tot doelwit zijn gemaakt hebben nu een nog groter probleem
Ik schaam mij. Ik voel mij vervreemd. Wat is mijn geloof nog waard als het dit voortbrengt?
Durven we nog te geloven in de ander, in liefde, in leven na zoveel dood, in vrede, in recht?
In bijna alle wereldreligies is er de Gouden regel: heb uw naaste lief als uzelf.
Niet de naaste die op jou lijkt, met wie je het eens bent, met wie je je samen een “wij” kan zijn die je tegenover een “zij” kan zetten. Nee, ook de naaste die de ander lijkt. Het is een opdracht om iedereen als je naaste te beschouwen.
Ik heb in Palestina een belangrijke les geleerd, de bijbel zegt niet; gezegd zijn zij die bidden voor vrede, maar gezegd zijn de vredestichters (Mattheus 5:9)
Laat ons gebed ons onrustig maken, moed geven, boos maken, in beweging zetten. En tegelijkertijd ons geloof versterken. Zodat we mogen doen wat er van ons gevraagd is. En ik geloof, dat wij samen dit kunnen.
De oproeptekst voor de demonstratie en alle ondertekenaars staan hier.